Voor Het Kontakt Harderwijk schrijf ik een tweewekelijkse column. Deze column verscheen op 05-12-2018.
Laat ambtenaren hun gang gaan, en heel Nederland verandert in één groot dictee der Nederlandse taal. Waar Haagse politici hun beleidstaal inmiddels hebben gedegradeerd tot uitdrukkingen als ‘pleur op!’, is een dergelijke knieval in jip-en-janneketaal (zonder hoofdletters, met koppeltekens) aan de provincie meestal niet besteed. Daar wonen de ambtenaren het liefst in woordpaleizen bestaande uit ‘verschillende ambitieniveaus,’ gebouwd ‘volgens het vigerende beleidsplan’ en waarbij ‘het mogelijke resultaat van intensivering tot het versterken en uitnutten van de complementariteit wordt verkend met het oog op schaalvergroting en professionalisering.’ Van dat laatste heb ik ook geen idee wat het betekent, maar ik vond het in de notulen van een willekeurig gevonden raadsbesluit.
Natuurlijk is niet alle ambtelijke taal voor alle ogen bestemd, maar je kunt ook proberen het onbegrijpelijke wat begrijpelijker te maken. Dat laatste is wat de gemeente Harderwijk wil gaan doen. Concreet gezegd: op B1-niveau met haar burgers gaan communiceren. En da’s dan weer jargon voor ‘het taalniveau waarbij mensen teksten begrijpen die voor het grootste deel uit veelgebruikte woorden bestaan.’ Niet te verwarren met B2-niveau, dat is als je woordelijk met alle afleveringen van Bassie & Adriaan kunt meepraten en dankzij diezelfde clown en acrobaat weet dat kalinichta goedenacht is in het Grieks.
Zelfs voor mensen zoals ik, die netjes hun school hebben afgemaakt, is het soms lastig om door de vaagtaal van de gemeente heen de werkelijke betekenis te ontdekken. Een loffelijk streven van de gemeente om daarmee aan de slag te gaan dus, of zoals het door de commissie werd geformuleerd: proactief.
Afgelopen donderdag werd tijdens de raadsvergadering het plan gepresenteerd om beter en vooral duidelijker met de burgers van de stad te communiceren. Burgemeester Van Schaik zei te hopen dat het plan ‘beantwoordt aan de wensen zoals ook door de moties beoogd zijn geweest,’ om daar meteen op te laten volgen: ‘Is dat Nederlands?’ Ja, ineens gaat iedereen op z’n woorden letten, en dat is maar goed ook. Zelfs voor mensen zoals ik, die netjes hun school hebben afgemaakt, is het soms lastig om door de vaagtaal van de gemeente heen de werkelijke betekenis te ontdekken. Een loffelijk streven van de gemeente om daarmee aan de slag te gaan dus, of zoals het door de commissie werd geformuleerd: proactief. Wat dan weer een ontzettend jeukterm is, maar dat terzijde.
Hopelijk nemen de heren en dames politici dit eveneens ter harte, want die kunnen er ook wat van. Sterker nog: alle in de eerste alinea genoemde voorbeelden kwamen uit de mond van één en dezelfde persoon. ‘Hoog ambitieniveau,’ ‘binnen de kaders van het vigerende bestemmingsplan’ en o ja, deze was ook mooi: ‘met voldoende ruimte voor hoogwaardige leisure’ kwam allemaal uit dezelfde mond. And the award for lelijkste taalgebruik goes to… wethouder Christianne van der Wal. Bij deze een taaltik op de vingers. Niet meer doen hoor. Of misschien moet ik de woorden van partijgenoot Rutte nog eens aanhalen. Vaagtaal? ‘Pleur op!’